Zaak-Spijkers: journalist moet bloeden
Onderzoeksjournalist Alexander Nijeboer is bij vonnis van de Amsterdamse rechtbank van 2 april veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van 7.500 Euro aan Diederik Fabius (thans Generaal-majoor b.d. een raadsadviseur van de Minister van Justitie) -een bedrag dat hij samen met zijn uitgever moet opbrengen- en het inleggen van een uitgebreide rectificatie in de nog niet verkochte exemplaren van zijn boek Een Man Tegen De Staat over de klokkenluidersaffaire-Spijkers. Ook op de corresponderende internetsite en de site van de uitgeverij moet de rectificatie worden geplaatst, dit alles onder dwangsom van samen 200.000 Euro. Samen met de veroordeling in de proceskosten worden Nijeboer en de uitgeverij (De Papieren Tijger) aangeslagen voor een kleine 10.000 Euro. De uitspraak is te lezen op rechtspraak.nl onder LJN-nummer BC 9288. Nadere analyse van deze voor de journalistiek uiterst belangrijke uitspraak -waaraan overigens geen enkel medium aandacht besteedde- leert dat Nijeboer niet door de rechter is opgeknoopt omdat hij slecht werk heeft geleverd, maar vanwege enkele ‘roekeloze’ en op zichzelf onnodige kwalificaties die ‘nodeloos grievend’ werden genoemd en bijgevolg onrechtmatig weden geacht. Op vijf van de zeven bestreden passages won Nijeboer. Tevens lijkt de journalist het slachtoffer van een zich terugtrekkende bron, een oud-officier van justitie die mogelijk is bewerkt zijn verklaringen in te trekken. In algemeenheid concludeert de rechter dat ‘de onrechtmatig bevonden passages in het kader van de grote misstanden die het boek aan de kaak stelt slechts een marginale rol spelen’.
Diederik Fabius was ten tijde van het noodlottige ongeval met de AP-23 landmijn in 1984 waarbij munitiespecialist Rob Ovaa om het leven kwam een hoge officier bij de Marechaussee en belast met het onderzoek naar het ongeluk. In een rapport concludeerde Fabius ondermeer dat de dood van Ovaa het gevolg was van zijn eigen fouten, een conclusie waarover de Nationale Ombudsman in 1999 oordeelde dat deze ‘niet houdbaar’ was, vooral omdat er reeds voor 1984 kennis aanwezig was over het levensgevaarlijke karakter van de mijn. Dat Fabius destijds bewust de doofpot heeft gehanteerd en Defensie willens en wetens vrijuit liet gaan staat buiten kijf. In maart 2007 verloor Fabius een kort geding tegen Nijeboer over dezelfde feiten. Hierop besloot hij een bodemprocedure aan te spannen waarvan hij nu dus kan claimen dat hij deze heeft ‘gewonnen’. Opmerkelijk in de procedure was dat het vonnis na een comparitie opeens met twee maanden werd uitgesteld en de enkelvoudige kamer werd vervangen door een meervoudige.
De eerste passage waarop Nijeboer is veroordeeld betreft een verklaring van oud-officier Veurink die stelde dat Fabius ‘een schandelijk onderzoek’ heeft afgeleverd naar het ongeluk in 1984. Hoewel dit alles op tape staat, achtte de rechtbank deze passage onrechtmatig op basis van een email van Veurink waarin hij stelt in zijn uitlatingen niet op Fabius te hebben gedoeld, maar op ‘iemand anders’. Op dit punt is het verweer en het bewijs van Nijeboer door de rechtbank eenvoudig terzijde geschoven. In de tweede passage gaat het om twee opmerkingen over Fabius: hij zou zijn ‘bliksemcarriere’ te danken hebben aan de ‘fraude’ die hij in de Spijkers-zaak bereid was te plegen en hij wordt omschreven als de ‘lijkenruimer’ van voormalig defensieminister Job de Ruiter. Deze opmerkingen noemt de rechtbank ‘buitengewoon grievend’ en dus onrechtmatig, ook omdat ze ‘een persoonlijke aanval opleveren jegens Fabius die een onrechtmatige inbreuk vormen op zijn persoonlijke levenssfeer’. De rechtbank neemt het zwaar op dat Nijeboer deze kwalificaties op zijn website heeft herhaald en valt ook hevig over de oproep van Nijeboer (‘onrechtmatig jegens Fabius’) aan lezers om ‘meer (bewijsbare) zaken aan te dragen die door Marechaussee-bevelhebber Fabius middels misleidende PV’s bij het OM, de Tweede Kamer of de media werden weggehouden’. Als laatste wordt Nijeboer opgehangen aan een citaat uit zijn mond in het dagblad De Stentor: “Het maakt geen verschil of je een topcrimineel bent als Willem Holleeder of Diederik Fabius heet; ik denk dat de samenleving erbij gebaat is dat dit soort mensen, die zo structureel uiterst dubieuze dingen hebben gedaan, achter de tralies belanden.”
De geest van deze uitspraak is verbazingwekkend enige weken nadat een team van onderzoekers van de UvA met voor de overheid verbijsterende conclusies kwam over de wijze (‘kwaadaardig’) waarop in de Spijkers-zaak is geopereerd, zelfs ook door de Nationale Ombudsman die aanvankelijk dus een opening leek te bieden voor het oplossen van de affaire door vast te stellen dat ondermeer Fabius bewust gemarchandeerd heeft met de feiten. Hierbij dient te worden opgemerkt dat het Fabius was die met zijn manipulaties aan het begin van de affaire een van de hoofdverantwoordelijken is voor het escaleren ervan. Zoals reeds opgemerkt is deze rechtsgang op tal van punten opmerkelijk verlopen: de plotse wijziging van enkelvoudige naar meervoudige kamer, de wijze waarop zonder blikken of blozen geloof wordt gehecht aan het herroepen van zijn -vaststaande- verklaringen door een oud-officier van justitie en de wijze waarop op tal van punten voorbij is gegaan aan de weren van de gedaagde. Deze uitspraak lijkt het zoveelste schandelijke hoofdstuk te vormen in de nachtmerrie-Spijkers die maar niet tot een einde wil komen. Journalist Nijeboer wordt hierin door niemand gesteund: niet door de media en niet door vakbond NVJ.